Groeiende impact Big Data op besluitvorming

Data wordt door negen van de tien topmanagers gezien als de vierde productiefactor; net zo fundamenteel voor een onderneming als land, arbeid en kapitaal. Dit blijkt uit het internationale onderzoek naar het gebruik van Big Data in zakelijke besluitvorming door de Economist Intelligence Unit, in opdracht van Capgemini.

Voor het rapport “The Deciding Factor: Big Data & Decision making” zijn 600 chief executives, topmanagers en CIO’s geïnterviewd. Zij geven aan dat het gebruik van Big Data hun bedrijfsperformance gemiddeld met 26 procent heeft verbeterd en dat de impact ervan zal toenemen met zo’n 41 procent in de komende drie jaar. Een meerderheid van bedrijven (58 procent) zegt in de komende drie jaar meer te willen investeren in Big Data.

Twee derde van de ondervraagde topmanagers vindt hun eigen organisatie “datagedreven”, dat wil zeggen dat het verzamelen en analyseren van data aan de basis staat van hun bedrijfsstrategie en van dagelijkse besluitvorming. Leiders die hun oordeel baseren op een combinatie van instinct en ervaring worden steeds zeldzamer. Meer dan de helft (54 procent) van de ondervraagde managers staat afwijzend tegenover managementbesluiten die puur op intuïtie of evaring worden genomen; 65 procent zegt dat besluiten meer en meer op basis van “harde analytische informatie” worden genomen. Dit laatste percentage stijgt naar 73 procent voor de Financial services sector, naar 75 procent voor de zorgsector, farma en biotechnologie en naar 76 procent voor bedrijven die zich bezighouden met energie en grondstoffen.

“Het is niet zozeer de grote hoeveelheid data die organisaties hoofdbrekens bezorgt, maar vooral hoe snel en hoe goed je die data kunt analyseren en inzetten om bedrijfsprocessen te optimaliseren of competitief voordeel te behalen”, zegt Edwin Steenvoorden, Vice-President Business Information Management bij Capgemini.

De meerderheid van de topmanagers (58 procent) vertrouwt analyses van ongestructureerde data zoals tekst, voiceberichten, beelden en video, terwijl meer dan 40 procent zegt dat met name sociale media data aan belang heeft gewonnen bij het nemen van besluiten. Tijdigheid en kwaliteit van data blijven belangrijke uitdagingen. Hoewel 42 procent van de managers zegt dat data-analyse besluitvorming heeft vertraagd, gelooft een grote meerderheid (85 pro cent) dat de aanzwellende stroom data niet eens de grootste uitdaging is; dat is vooral het vermogen real time deze data te analyseren en op basis hiervan te handelen. Waar organisaties proberen om besluitvorming te automatiseren op basis van analytics, wordt de datakwaliteit gezien als een horde. Twee derde (67 procent) van de ondervraagde managers claimt dagelijks te worstelen met onnauwkeurigheden.

Organisatorische silo’s vormen een van de grootste obstakels voor bedrijven die het beste willen halen uit Big Data, zegt 56 procent. Het delen en integreren van data over business units heen wordt hierdoor verhinderd, zodat een meer holistische blik op datamanagement achterwege blijft. Daarnaast wordt ook het gebrek aan expertise op het gebied van Big Data genoemd als een van de voornaamste uitdagingen genoemd door de respondenten (51 procent). Het gat tussen vraag en aanbod van gekwalificeerde data-analisten wordt het hoogst ervaren in de sectoren retail en consumer goods. Twee derde van de deelnemers aan het onderzoek uit deze sectoren, zien het gebrek aan competente professionals als het grootste obstakel om te komen tot datagedreven besluitvorming.

Bron: Capgemini

Gerelateerde artikelen