Einde steunprogramma VS komt in zicht

Doelen zijn bijna bereikt, maar er zijn sectoren die niet hersteld zijn.

De economie van de Verenigde Staten herstelt dusdanig snel dat de doelen van het stimuleringsbeleid van de Federal Reserve (Fed) dichterbij komen. Aan het steunprogramma verandert de Fed (Het Amerikaanse stelsel van centrale banken) nu nog niets, maar het moment om af te bouwen lijkt wel te naderen.

Na het uitbreken van de coronapandemie sneed de Amerikaanse koepel van centrale banken drastisch in de rente en begon het voor honderden miljarden dollars aan schulden op te kopen.

De Fed mikt met zijn beleid op inflatie van rond de 2 procent en maximale werkgelegenheid. In een toelichting op het nieuwste rentebesluit staat nu dat “de economie voortgang heeft geboekt richting deze doelstellingen”. Bestuurders van de Fed zullen die voortgang bij hun komende beleidsvergaderingen “blijven beoordelen”.

Het Amerikaanse stelsel van centrale banken verlaagde in maart 2020, kort na de wereldwijde uitbraak van het coronavirus, de rente tot een niveau van tussen de 0 en 0,25 procent. Ook koopt het maandelijks voor 120 miljard dollar aan staatsobligaties en andere schuldpapieren op om genoeg geld de economie in te laten stromen.

Maar nu het economisch herstel sneller heeft ingezet dan aanvankelijk gedacht, zitten de beleidsmakers met een dilemma. De toestroom van al het goedkope geld lijkt de inflatie sterk aan te jagen, alhoewel de Fed verwacht dat die sterke prijsstijgingen slechts tijdelijk zijn. Aan de andere kant zijn de sectoren die het hardst zijn geraakt door de coronacrisis nog altijd niet hersteld van de pandemie.

Fed-preses Jerome Powell erkende in zijn toelichting voor de pers dat tijdens de beleidsvergadering van de afgelopen twee dagen is gesproken over het afbouwen van de obligatie-aankopen. Tegelijkertijd verzekerde hij toehoorders dat het nog een poos zal duren voordat de Fed de rente zal verhogen. Vooral op het vlak van de arbeidsmarkt is er nog veel vooruitgang te boeken, meende Powell. “Ik zou graag een paar sterke banencijfers willen zien.”

(ANP)